Heeft u vragen? Stuur dan een mail naar info@gbbergen-nh.nl

Egmond

Egmond
25/06/2017 gbbergen

Egmond

Egmond is een voormalige gemeente aan de kust in de Nederlandse provincie Noord-Holland ten (zuid)westen van Alkmaar.[1] Op 1 januari 2001 is de gemeente Egmond met de gemeenten Schoorl en Bergen gefuseerd tot een nieuwe gemeente die de naam Bergen kreeg. Egmond bestaat uit drie kernen: Egmond-Binnen, Egmond aan Zee en Egmond aan den Hoef. De drie plaatsen met de naam Egmond worden (door buitenstaanders) soms gezien als één woonplaats; men spreekt ook wel van de Egmonden. Tot de gemeente Egmond hoorden ook de buurtschappen Rinnegom, Wimmenum en Egmondermeer.

Men heeft wel gedacht dat de benaming Egmond zou verwijzen naar de monding van een watertje Egg of Egge dat ter hoogte van de Egmonden in de zee uitmondde. Mogelijk was dit dan een zijtak van de Rekere of zelfs van het IJ. Ook zou de benaming mogelijk verwijzen naar het adellijke geslacht Huis Egmont. Minder waarschijnlijk wordt geacht dat het verwijst naar persoonsnamen Egge of Egmund.

Moderne toponymie gaat echter uit van het begrip heeg-munde, dat ‘omheinde sterkte’ betekent en zo een relatie legt naar de oude graven van Holland en West-Friesland voor wie Egmond een van de steunpunten van hun gezag was. Dit lijkt een plausibeler verklaring voor de naam die al sinds de 10de eeuw voorkomt in bronnen.

In de vroege Middeleeuwen stichtte graaf Dirk I rond 950 een klooster voor nonnen aan de rand van de duinen. De stichting vond plaats vanuit de Sint-Baafsabdij te Gent. Graaf Dirk II verving het nonnenklooster door een abdij. De abdij behoorde tot de kloosterorde der Benedictijnen. Deze Sint-Adelbertabdij te Egmond-Binnen is de oudste abdij in Nederland. De abdij groeide uit tot het belangrijkste culturele centrum van het middeleeuwse Holland en had een zeer grote en befaamde bibliotheek.

In het jaar 977 ontstond achter de duinen het dorp Egmond aan Zee, later bestuurd door de abdij en haar beschermheer. Het nabijgelegen, reeds voor de vroege middeleeuwen bestaande, dorp Hallem (of Hallum) veranderde in de loop van de tijd van naam. In de 10e eeuw komt het al voor als Ecmunde en Ekmunde. In 1350 komt de plaats voor als Egmunde. In later stadium komt de plaats voor als Egmont Binne. Het riddergeslacht van Egmond, het Huis Egmont, vestigde zich op een grote boerderij (hoeve) ten noorden van de abdij. Uit deze hoeve ontstond de plaats Egmond aan den Hoef en in de 11e eeuw het slot van de graven van Egmond.

In 1573 werden de abdij en het kasteel op bevel van Willem van Oranje verwoest door de Geuzen onder leiding van Diederik Sonoy. Met de bezittingen van de abdij werd de oprichting van de Universiteit van Leiden gefinancierd. De ruïnes van de abdij bleven liggen tot rond 1800. Het kloosterleven hier werd in 1935 hervat en het nieuwe klooster werd in 1950 door paus Pius XII tot abdij verheven. De Benedictijner abdij draagt de naam Sint-Adelbertabdij en is vernoemd naar de missionaris, medewerker van Willibrord, die in deze streken actief is geweest. Architect A.J. Kropholler maakte het eerste ontwerp voor het huidige klooster. Dit ontwerp is echter maar gedeeltelijk uitgevoerd. B.J. Koldewey heeft het complex voltooid. Het kasteel, dat eerst nog gedeeltelijk bewoonbaar was, werd in 1798 verkocht voor de sloop, met uitzondering van de Rentmeestertoren. Ruim dertig jaar later viel ook deze toren onder de slopershamer, op het fragment na dat er nu nog staat. De fundamenten van het slot Egmond zijn in de jaren dertig van de 20e eeuw opgemetseld in het kader van een werkgelegenheidsproject. Ze zijn samen met het restant van de Rentmeestertoren, omgeven door de slotgracht, nog te bezichtigen in Egmond aan den Hoef. De oude slotkapel, gelegen naast de slotruïne, is in de twintigste eeuw in oude luister hersteld.

Door erosie van de kust verdwenen bij de Allerheiligenvloed op 1 november 1570 vijftig huizen van Egmond aan Zee in de zee. Bij de Kerststorm in november 1741 werden 36 huizen en de kerk met toren door de zee opgeslokt.

De beroemde Franse filosoof Descartes (1596-1650) heeft enkele jaren in Egmond aan den Hoef gewoond, tegenover de slotkapel.

Op 26 december 1824, ruim een maand na de oprichting van de Maatschappij tot Redding van Drenkelingen, verrichtten Egmonders met een roeiboot de allereerste redding in de geschiedenis van deze Redding Maatschappij.

Al vanaf de jaren 30 werden veel ‘bleekneusjes’ uit de grotere steden op advies van de schoolarts voor 6 weken of 3 maanden naar vakantiekolonies in Egmond aan Zee gestuurd om aan te sterken of om hun ouders even te ontlasten van de dagelijkse zorg. Bekende instellingen waren ZwartendijkKerdijkSt. JosephPrinses Juliana en Prinses Beatrix. In de jaren 70 stierf het begrip ‘bleekneusjes’ met de toenemende welvaart en andere kijk op de jeugdzorg langzaam uit. Zwartendijk en Kerdijk werden omgebouwd tot appartementen, St. Joseph werd aangekocht door de Bhagwan-beweging (thans Osho-beweging) en Prinses Beatrix en andere instellingen werden tot groot verdriet van velen gesloopt. Nog steeds komen ex-patiënten een dagje naar Egmond om hun oude tehuis nog een keer te zien en er zijn zelfs websites en fora voor hen om foto’s en verhalen van toen uit te kunnen wisselen.

In 1978 zijn de badplaats Egmond aan Zee, Egmond aan den Hoef, Egmond-Binnen en de buurtschappen Rinnegom, Wimmenum en de polderbuurtschap Egmondermeer opgegaan in de gemeente Egmond.